Datum mondelinge uitspraak: 11 januari 2024 (onder voorbehoud van vergissingen en verschrijvingen)
Plaats uitspraak: Ter Apel
Bindend Advies.
In het geschil tussen:
Anna
verder te noemen: Anna,
tegen:
Leonard en Ancuta
verder te noemen Familie Leonard en Ancuta,
gegeven door mr. F.M.Visser.
(Schriftelijke uitwerking ex artikel 14 lid 4 Reglement)
De procedure.
Partijen zijn schriftelijk overeengekomen dit geschil door middel van een bindend advies op basis van het ‘Reglement Bindend Advies Mr. Frank Visser doet uitspraak’ editie maart 2023 te doen beslechten.
De vordering van Anna is opgenomen in de bindend advies overeenkomst. Daarin is ook een tegenvordering van Familie Leonard en Ancuta opgenomen.
Mr. Frank Visser heeft kennisgenomen van alle door partijen overgelegde stukken.
Het geschil is behandeld op de hoorzitting van 11 januari 2024, welke is gehouden te Ter Apel.
Partijen zijn behoorlijk opgeroepen voor de hoorzitting.
Voorafgaande daaraan heeft mr. Frank Visser zich begeven naar de in deze procedure bedoelde percelen en heeft hij deze in het bijzijn van partijen bezichtigd. De relevante erfgrens is gereconstrueerd door het kadaster (landmeter Richard Slager). Viktor Brand heeft hulp en bijstand verleend. Partijen zijn in de gelegenheid gesteld op- en aanmerkingen te maken.
Partijen zijn op de hoorzitting verschenen en hebben hun standpunten toegelicht.
Mr. Frank Visser heeft mondeling mededeling gedaan van de bevindingen van een in zijn opdracht uitgevoerd bodemonderzoek door ing. Lars Hunnekens en van een commentaar daarop door boomdeskundige Bas van der Veer, waarop partijen hebben mogen reageren.
Als informanten zijn gehoord Jan Willem, vriend van Anna, en Piet, de buurman.
Hierna is mondeling uitspraak gedaan.
Vordering van Anna:
Anna vordert, kort samengevat, zoals mr. Visser begrijpt dat is bedoeld, dat Familie Leonard en Ancuta zich houdt aan de erfgrens en alles verwijdert wat in strijd daarmee is neergezet en/of geplant, verder dat Familie Leonard en Ancuta het uitzicht van Anna niet meer belemmert door de werkbus voor haar zijraam op de oprit te parkeren en tenslotte dat camera’s en bouwlamp worden verwijderd.
Vordering van Familie Leonard en Ancuta Zsofi:
Familie Leonard en Ancuta vordert, kort samengevat, zoals mr. Visser begrijpt dat is bedoeld, een verklaring voor recht dat een mogelijke overschrijding van de erfgrens door verjaring is gelegaliseerd en dat Anna in dat geval de in dat verband gemaakte kosten van rechtsbijstand aan Familie Leonard en Ancuta moet vergoeden, verder een verklaring voor recht dat zij een schutting van 2 meter hoog tegen de erfgrens mag plaatsen, vanaf haar garage tot aan de stoep van de openbare weg, tenslotte dat Anna de kosten moet betalen als door haar toedoen grond van Familie Leonard en Ancuta is vervuild.
Het conflict (artikel 14 lid 2 van het reglement).
Het conflict dat partijen verdeeld houdt laat zich kort samengevat als volgt omschrijven.
Partijen zijn elkaars buren. Er is een conflict ontstaan over het parkeren van een werkbus, de juiste loop van de erfgrens, de voorgenomen bouw van een schutting, mogelijke vervuiling van grond, camera’s, een bouwlamp en de onderlinge bejegening.
Beoordeling van het geschil.
Vaststaande feiten
Resultaat van het bodemonderzoek.
Het bodemonderzoek heeft kort samengevat en voor zover thans van belang het volgende resultaat opgeleverd.
Er zijn nabij de schutting geen schadelijke verdelgingsmiddelen aangetroffen in de bodem van het perceel van Familie Leonard en Ancuta. Er is wel een sterk verhoogde concentratie zout gevonden.
Boomdeskundige Bas van der Veer heeft laten weten, dat dit geen blijvende schade aan de bodem oplevert (spoelt weg), dat enig zout geen kwaad kan, maar dat teveel tot sterfte van beplanting kan leiden.
Kadastrale grensreconstructie
Het kadaster heeft de kadastrale grens tussen de percelen van partijen gereconstrueerd. Daartegen zijn geen (voldoende gemotiveerde) bezwaren ingebracht.
Daaruit volgt dat alle schuttingen van Familie Leonard en Ancuta over de kadastrale grens zijn gebouwd, dat geldt ook voor het uiteinde van de poort van Familie Leonard en Ancuta.
Het deel van de coniferenhaag dat als erfafscheiding dient tussen de percelen van partijen staat op de kadastrale erfgrens geplant.
Inhoudelijke beoordeling van het conflict
Camera’s en bouwlamp.
Bij het locatiebezoek is komen vast te staan dat de in de vordering van Anna bedoelde camera’s niet meer op haar perceel gericht staan en dat de bouwlamp (eigenlijk een gewone buitenlamp) niet meer haar kant op schijnt. Dit onderdeel van de vordering kan daarom verder onbesproken blijven.
Kadastrale grens.
De door het kadaster gereconstrueerde kadastrale grens geeft nog steeds de juiste eigendomsverhoudingen weer. Van verjaring is naar mijn oordeel niet, dan wel onvoldoende gebleken. Het mag waar zijn, dat de opeenvolgende eigenaren van de betrokken percelen het in het verleden niet zo nauw namen bij het plaatsen van schuttingen en andere erfafscheidingen, maar uit niets is gebleken dat daarbij werd beoogd een wijziging aan te brengen of te bevestigen in de bestaande eigendomsverhoudingen. In zoverre daarbij de eigendomsgrens is overschreden, werd dat kennelijk gedoogd. Dat deze erfgrens daardoor onduidelijk werd is ongetwijfeld waar, maar juist die onduidelijkheid staat in de weg aan een gegrond beroep op verjaring.
Strook onbebouwde grond.
Daaruit volgt om te beginnen dat de hiervoor onder 6. bedoelde strook onbebouwde grond geheel eigendom is van Anna.
Schuttingen.
Dat betekent verder, dat alle schuttingen en het uiteinde van de poort van Familie Leonard en Ancuta op de grond van Anna zijn geplaatst, waarmee laatgenoemde geen genoegen hoeft te nemen. Familie Leonard en Ancuta moet deze daarom verwijderen, waarvoor Familie Leonard en Ancuta een ruime, hierna te bepalen termijn, wordt gegund.
Daarna mag iedere partij op eigen grond een of meer schuttingen of andere hekwerken plaatsen vlak langs de erfgrens, welke erfafscheidingen vanaf de achterzijde van hun percelen tot aan hun respectieve voorgevels maximaal 2 meter hoog mogen zijn en daarna, richting straatkant, maximaal 1 meter hoog.
Partijen is voorgehouden, dat vlak langs de erfgrens (bijna) tegen elkaar geplaatste schuttingen en hekwerken tot praktische problemen kunnen leiden en dat zij volgens artikel 5:49 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek recht hebben op een gemeenschappelijke door hen beiden te betalen schutting, die dan op de erfgrens moet worden geplaatst, maar beide partijen hebben laten weten dat niet te willen.
Coniferen.
Het deel van de coniferenhaag dat als erfafscheiding dient tussen de percelen van partijen staat op de erfgrens geplant en is daarom mandelig (gemeenschappelijk eigendom). Die kan daarom niet tegen de zin van Familie Leonard en Ancuta worden verwijderd en moet voortaan door beide partijen samen worden onderhouden.
Parkeren van de werkbus.
Het staat Familie Leonard en Ancuta vrij de werkbus op haar eigen oprit te parkeren, ook al wordt het vrije uitzicht van Anna vanuit haar zijraam daardoor belemmerd. Bij gebreke van een erfdienstbaarheid van uitzicht heeft Anna daar geen recht op.
Bodemverontreiniging
Weliswaar is voldoende gebleken, dat de bodem van Familie Leonard en Ancuta nabij de schutting is vervuild door aan de kant van Anna gestrooid zout, maar dat heeft geen blijvende schade opgeleverd. Of daardoor plantjes van Familie Leonard en Ancuta zijn beschadigd is niet komen vast te staan. Wel moet Anna worden verboden daarmee door te gaan.
Eindoverweging
Op grond van het voorgaande ben ik van oordeel, dat als volgt moet worden beslist.
B E S L I S S I N G
Voor wat betreft de vordering en de tegenvordering.
Het over en weer mogelijk meer of anders gevorderde wordt afgewezen.
Dit bindend advies is gegeven door mr. F.M.Visser als bindend adviseur en mondeling uitgesproken te Ter Apel op 11 januari 2024.