Datum mondelinge uitspraak: 6 oktober 2021 (onder voorbehoud van vergissingen en verschrijvingen)
Plaats uitspraak: Zwijndrecht
Bindend Advies.
In het geschil tussen:
Jessica X
wonende te Papendrecht,
verder te noemen: X,
tegen
Arie en Anita X
wonende te Papendrecht,
verder te noemen: Familie X,
gegeven door mr. F.M.Visser.
(Schriftelijke uitwerking ex artikel 14 lid 4 Reglement)
De procedure.
Partijen zijn schriftelijk overeengekomen dit geschil door middel van een bindend advies op basis van het ‘Reglement Bindend Advies Mr. Frank Visser doet uitspraak’, editie januari 2021, te doen beslechten.
De vordering van X is opgenomen in de bindend advies overeenkomst. Daarin is ook een tegenvordering van Familie X opgenomen.
Mr. Frank Visser heeft kennisgenomen van alle door partijen overgelegde stukken.
Het geschil is behandeld op de hoorzitting van 6 oktober 2021, welke is gehouden te Zwijndrecht.
Partijen zijn behoorlijk opgeroepen voor de hoorzitting.
Voorafgaande daaraan heeft mr. Frank Visser zich begeven naar de in deze procedure bedoelde woningen van X en Familie X en heeft hij deze in het bijzijn van partijen bezichtigd, daarbij geassisteerd door Viktor Brand. Ook waren aanwezig als deskundigen ing. Edwin Hulleman, bouwdeskundige, en dr. Ir Bastiaan Meerburg, ratten/muizen-expert.
Partijen zijn in de gelegenheid gesteld op- en aanmerkingen te maken.
Partijen zijn op de hoorzitting verschenen en hebben hun standpunten toegelicht.
De deskundigen hebben mondeling verslag uitgebracht.
Hierna is mondeling uitspraak gedaan.
De vordering van X:
X vordert, kort samengevat en voor zover thans van belang, dat de door Familie X gehouden vogels worden verwijderd, dan wel in aantal worden teruggebracht. Mocht de bron van de muizenplaag inderdaad bij Familie X liggen, dan wil X verder, dat Familie X meebetaalt aan de kosten van een ongedierteverdelger en het mogelijk openbreken van ruimtes, waar verdelgd moet worden.
De tegenvordering van Familie X:
Familie X vordert, kort samengevat en voor zover thans van belang, dat wordt vastgesteld dat X haar probleem met de muizen zelf op eigen kosten moet oplossen. Verder wil Familie X dat X ophoudt met roddelen en bij problemen eerst met Familie X zelf overlegt.
Het conflict (artikel 14 lid 2 van het reglement).
Het conflict dat partijen verdeeld houdt laat zich kort samengevat als volgt omschrijven.
Partijen zijn buren en wonen in Papendrecht. X woont sinds ongeveer 4 jaar aan de xxxxx, samen met haar man en zoontje. De Familie X woont al ongeveer 20 jaar op nummer xx. Partijen hebben hun woning c.a. in eigendom. Beide woningen maken deel uit van een rijtje van 6 huizen.
Familie X houdt vogels (parkieten en valken in volières). Op zolder zijn dat er bij benadering 150 tot 200 en in de tuin rond de 40 tot 70.
X ondervindt een muizenplaag in haar woning. Zij meent dat deze muizen worden aangetrokken door de door Familie X in en rondom haar woning gehouden vogels. Zij wordt daarin ondersteund door klachten van buren in aangrenzende woningen.
Familie X betwist dat de oorzaak van de muizenplaag bij haar vogels ligt. Last van muizen heeft de Familie X zelf immers niet. Dat X wel last heeft van muizen, ligt volgens Familie X aan een verbouwing, waarbij verkeerd materiaal zou zijn gebruikt. Familie X vindt dat zij onterecht wordt beschuldigd. Zij heeft daar emotioneel last van. Bovendien steekt het haar, dat X niet dan wel onvoldoende overleg met haar voert, maar wel klaagt/roddels bij andere buren.
Beoordeling van het geschil.
Vaststaande feiten
De volgende feiten zijn voldoende komen vast te staan:
Verslag van de deskundigen
Deskundige ing. Hulleman heeft, voor zover thans van belang, kort samengevat het volgende geconcludeerd.
Deskundige dr. Ir. Meerburg heeft, voor zover thans van belang, kort samengevat het volgende geconcludeerd.
Inhoudelijke beoordeling van het conflict
Voldoende is gebleken, dat er sprake is van een muizenplaag, zowel in de woning van X als in die van Familie X. Dat Familie X daar niet onder gebukt gaat, kan daaraan niet afdoen. Waar het op aankomt is, dat X deze plaag begrijpelijk en terecht als onhoudbaar ervaart. De muizen veroorzaken gezondheidsproblemen en maken een enorme inbreuk op het woongenot van X en haar gezin.
Voldoende is verder gebleken, dat deze muizenplaag zijn oorsprong vindt in het houden van een grote hoeveelheid vogels op de zolder van Familie X. Daarbij komt kennelijk zoveel voedsel vrij, dat dit de muizen aantrekt, die zich vervolgens ook verspreiden naar de woning van X.
Met X ben ik van oordeel, dat het voortduren van deze situatie onaanvaardbaar en daarom onrechtmatig is. Daarom zal ik Familie X verplichten deze vogels met het daarbij behorende voer blijvend uit hun woning te verwijderen. Zolang die vogels en dat voer daar blijven, is bestrijding van de muizen immers zinloos te achten. Ik geef Familie X daarvoor de tijd tot en met 31 december 2021.
Na verwijdering van de vogels en het voer, zal een grondige schoonmaak moeten volgen van de ruimtes onder en naast de zoldervloer van Familie X, waar het nu nog wemelt van het vogelvoer, althans de resten daarvan. Als de vloer daarvoor open moet, dan moet dat maar.
De in de tuin gehouden vogels mogen blijven, omdat onvoldoende is gebleken, dat die voor overlast in de woning van X zorgen. Wel zal ik bepalen, dat Familie X het huidige aantal daarvan niet mag uitbreiden. Verder zal ik Familie X verplichten om de muizengaatjes in en bij de gevel van haar woning blijvend te dichten, zoals door de deskundige aangegeven, zodat wordt voorkomen dat muizen, die op de vogelvolières in de achtertuin afkomen, vandaar weer in de woning van Familie X en vervolgens naar de woning van X kunnen lopen.
Nadat Familie X aan het voorgaande heeft voldaan, houdt het voor hen op. Iedere huiseigenaar, dus ook X, moet in beginsel immers zelf zorgen voor de bestrijding van ongedierte in zijn/haar eigen woning. Nadat de bron van alle ellende is weggenomen, kan en moet X dat dus verder zelf doen op eigen kosten, want ik zie onvoldoende redelijke grond om Familie X daarmee te belasten. Het ligt immers niet, althans niet in overwegende mate, aan Familie X, dat de muizen zo makkelijk van haar zolder naar die van X kunnen komen.
Uiteraard verdient het aanbeveling, dat de bewoners van het rijtje huizen, waarvan de woningen van partijen onderdeel uitmaken, de bestrijding van de muizen gezamenlijk aanpakken.
Met het voorgaande zijn de vorderingen en de tegenvorderingen voldoende besproken, behalve het gevraagde roddelgebod. Ook dat onderdeel van de tegenvordering is niet voor toewijzing vatbaar. Wellicht had X wat assertiever kunnen zijn in de richting van Familie X zelf, maar van enig kwaadwillig roddelen of ander onrechtmatig handelen is niet gebleken.
Eindoverweging
Op grond van het voorgaande ben ik van oordeel, dat als volgt moet worden beslist.
B E S L I S S I N G
Familie X wordt verplicht om uiterlijk op 31 december 2021 de door haar op haar zolder gehouden vogels, samen met al het in de woning aanwezige vogelvoer, blijvend uit haar woning te verwijderen en verwijderd te houden en verder om haar zoldervloer, evenals de ruimtes daaronder en daarnaast grondig te reinigen van alle daar thans aanwezige voedsel(resten). Ook moeten ze de in deze procedure bedoelde muizengaatjes uiterlijk op die datum hebben gedicht, zoals door deskundige Hulleman aangegeven.
Indien Familie X dat niet, of niet tijdig doet, verbeurt zij van rechtswege (geen aanmaning nodig) aan X een boete van € 100,– per dag dat zij daarmee in gebreke is, tot een maximum van € 20.000,–. De hier bedoelde verplichtingen gelden voor Familie X (man en vrouw) als hoofdelijk.
Het over en weer meer of anders gevorderde wordt afgewezen.
Dit bindend advies is gegeven door mr. F.M. Visser als bindend adviseur en mondeling uitgesproken te Zwijndrecht op 6 oktober 2021.
Deze schriftelijke uitwerking van het bindend advies is ondertekend door mr. Frank Visser als bindend adviseur en H.T. Walstra als secretaris op 18 oktober 2021.
H.T. Walstra Mr. F.M. Visser