Volledige uitspraak Den Haag

by Mr Frank Visser | september 28, 2017 | 0 Comments
Volledige uitspraak Den Haag

Datum mondelinge uitspraak: 6 juni 2017

Plaats uitspraak: Den Haag

(onder voorbehoud van mogelijke vergissingen en verschrijvingen)

Bindend Advies.

In het geschil tussen:

Bjorn Amattarmoedji en Thaïs Paula

te: Den Haag

verder (ook) te noemen: Familie Amattarmoedji,

tegen:

Pieter van den Bos

te: Den Haag

verder te noemen Van den Bos,

bijgestaan door Nico van Spronsen

verder te noemen Van Spronsen,

gegeven door mr. F.M.Visser.

(Schriftelijke uitwerking ex artikel 14 lid 4 Reglement)

De procedure.

Partijen zijn schriftelijk overeengekomen dit geschil door middel van een bindend advies op basis van het ‘Reglement Bindend Advies Mr. Frank Visser doet uitspraak’ editie november 2015 te doen beslechten.

De vordering van Familie Amattarmoedji is opgenomen in de bindend advies overeen­komst. Daarin is ook een tegenvordering van Van den Bos opgenomen.

Mr. Frank Visser heeft kennis genomen van alle door par­tij­en overgelegde stukken.

Het geschil is behandeld op de hoorzitting van 6 juni 2017, welke is gehouden te Den Haag.

Partijen zijn behoorlijk opgeroepen voor de hoorzitting.

Voorafgaande daaraan heeft mr. Frank Visser zich begeven naar de in deze procedure bedoelde woningen heeft hij deze in het bijzijn van partijen bezich­tigd. Daarbij waren tevens aanwezig dr. Lin Arendsen en Sam de Ligt als deskundigen. Partijen zijn in de gelegenheid gesteld op- en aanmerkingen te maken.

Partijen zijn op de hoorzitting verschenen en hebben hun standpunten toege­licht.

De deskundigen hebben mondeling verslag uitgebracht.

Hierna is mondeling uitspraak gedaan.

De vordering van Familie Amattarmoedji.

Familie Amattarmoedji vordert, kort gezegd, dat een einde wordt gemaakt aan de door de katten van Van den Bos (en/of Van Spronsen) veroorzaakte stankoverlast.

De tegenvordering vordering van Van den Bos.

Van den Bos vordert,  kort gezegd,  dat een einde wordt gemaakt aan de vervuiling van de openbare ruimtes door Familie Amattarmoedji, zoals het achterlaten van bierblikjes en het spugen op de spiegel in de lift, het blowen op de galerij en het laten loslopen en poepen van de hond op de galerij.

Vaststaande feiten.

  1. Partijen bewonen ieder een tweekamerflat op de derde verdieping van hetzelfde flatcomplex, staande en gelegen aan de Dalerveenstraat/Fluitenbergstraat te Den Haag.
  2. Beide flats, die van elkaar worden gescheiden door een tussenliggende flat en een lift/-trapportaal (met klapdeuren), worden verhuurd door de Stichting Staedion.
  3. In de voor beide partijen toepasselijke algemene huurvoorwaarden is, voor zover thans van belang en kort samengevat, het volgende geregeld. Huurder moet het gehuurde gebruiken en onderhouden, zoals het ‘een goed huurder betaamt’(art.64). Huurder moet er verder voor zorgdragen dat geen overlast aan omwonenden wordt veroorzaakt door onder meer huisdieren (art.6.9). Verder is het huurders verboden afval in onder meer liften en trappenhuizen en op galerijen te deponeren, of deze galerijen te gebruiken als uitlaatplaats voor honden (art 6.10).
  4. Familie Amattarmoedji bewoont haar flat met een kind en een hond. Van den Bos bewoont zijn flat samen met Van Spronsen, 13 katten en 2 honden.
  5. De hond van Familie Amattarmoedji heeft eenmaal gepoept op de galerij. Na daarop te zijn aangesproken heeft Paula de poep verwijderd. Daarna heeft Van den Bos zich bij buren beklaagd over wangedrag door (bezoekers) van Familie Amattarmoedji, zoals vervuiling van de lift..
  6. Vervolgens heeft Familie Amattarmoedji zich bij de verhuurder beklaagd over stankoverlast, veroorzaakt door de katten van Van den Bos. Naar aanleiding van deze klacht zijn enige maatregelen getroffen, zoals het verwijderen van vloerbedekking. Bij brief van 18 januari 2017 is het ‘overlastdossier’ echter door de verhuurder gesloten, omdat ‘recentelijk’ geen meldingen van overlast meer waren ontvangen.
  7. De Amattarmoedji maakt er een gewoonte van om wiet te roken op de galerij.

Verslag van de deskundigen.

De deskundigen hebben, kort samengevat en voor zover thans van belang, het volgende laten weten:

Dr. Arendsen: De door Van den Bos gehouden katten zien er gezond uit en vertonen geen tekenen van stress. Gelet op de grote hoeveelheid zouden er wat meer kattenbakken moeten komen en meer voederbakjes. Castratie van de katers en sterilisatie van de poezen zou iets kunnen helpen tegen het ‘sproeien’ door de katers. Belangrijker is echter, dat daardoor wordt voorkomen dat de hoeveelheid katten in de flat van Van den Bos verder blijft groeien. De minimax dierenkliniek te Rotterdam bijvoorbeeld, voor mensen met een uitkering, maakt dit ook financieel haalbaar.

Ligt: Er zijn geen schadelijke dampen/stoffen gemeten, wat niet wegneemt dat het aantoonbaar erg stinkt in de woning van Van den Bos. Die stank zit nu in de vloeren en muren. Met ozon kan die stank worden weggenomen, maar daarvoor moeten alle levende wezens een week uit de woning weg. Dat heeft echter weinig zin, als de oorzaak van de stankoverlast, te weten de grote hoeveelheid katten, niet wordt weggenomen.

Beoordeling van het geschil.

Voor wat betreft de vordering van Amattarmoedji.

Zoals ik zelf heb kunnen waarnemen stinkt het in de woning van Van den Bos enorm naar kattenurine. Die stank is zo intens, dat deze zich zelfs hecht aan de kleding van bewoners en bezoekers. Die situatie lijkt mij op zichzelf voldoende reden voor de verhuurder om daartegen actie te ondernemen, nu deze situatie in strijd is met de verplichting het gehuurde te gebruiken en onderhouden, ‘zoals het een goed huurder betaamt.’ Vastgesteld moet echter worden, dat de verhuurder, die klaarblijkelijk op de hoogte is van de situatie, daartegen geen (verdere) actie onderneemt.

Dat ontneemt Familie Amattarmoedji evenwel niet het recht om zelf juridische actie te ondernemen tegen Van den Bos, maar dat alleen als de hiervoor bedoelde stank dusdanige overlast oplevert in en rondom de woning van Familie Amattarmoedji, dat sprake is van onrechtmatige hinder zoals bedoeld in de artikelen 5.37 en 6.162 van het Burgerlijk Wetboek. Anders gezegd, dat het in en rondom de woning van Van den Bos stinkt, gaat Familie Amattarmoedji alleen aan, als zij daarvan zelf onaanvaardbare overlast ondervindt.

Daarover wordt het volgende overwogen:

Bij gelegenheid van mijn bezoek aan de woning van Familie Amattarmoedji heb ik binnen niets geroken. Ook voor de deur, op de galerij, was niets te ruiken. Alleen in het direct naast de woning van Van den Bos gelegen trap-\liftportaal was, met de klapdeuren dicht, enige kattenlucht waarneembaar. Niet fris, maar ook weer niet dusdanig doordringend, dat de term onaanvaardbaar op zijn plaats is.

Dat betekent, samenvattend, dat Van den Bos niet onrechtmatig handelt ten opzichte van Familie Amattarmoedji en dat de vordering van laatstgenoemde daarom moet worden afgewezen

Voor wat betreft de tegenvordering van Van den Bos

Voorop moet worden gesteld, dat van alle tegen Familie Amattarmoedji geuite verwijten, alleen is komen vast te staan dat de hond van Familie Amattarmoedji één keer gepoept heeft op de galerij en dat Amattarmoedji geregeld wiet blowt op de galerij. Alle andere beschuldigingen zijn betwist en niet bewezen.

Voor wat betreft de hond is kennelijk sprake van een eenmalige gebeurtenis, waar Van den Bos zelf geen enkele last van heeft gehad. Van den Bos heeft wat dat betreft dus geen recht van klagen.

Blijft over het wietroken op de galerij. De verhuurder heeft kennelijk geen bezwaar tegen dergelijk gedrag. Dus net zoals hiervoor is overwogen, bij de door de katten van Van den Bos veroorzaakte stank, komt het erop aan, of dit gedrag ten opzichte van Van den Bos onaanvaardbare overlast oplevert. Het antwoord daarop luidt ontkennend.

Samenvattend moet dus ook de tegenvordering geheel worden afgewezen.

Advies.

Hoewel de vordering tegen Van den Bos moet worden afgewezen, wordt hij wel dringend geadviseerd zijn katers te laten castreren en zijn poezen te laten steriliseren. Feit is en blijft immers, dat er wel degelijk sprake is van een te grote kattenpopulatie in zijn flat. Als de katten niet worden geholpen, zal het aantal katten blijven toenemen, wat vroeg of laat verkeerd zal aflopen.

B E S L I S S I N G

Voor wat betreft de vordering en de tegenvordering.

Zowel de vordering als de tegenvordering moeten worden afgewezen.

Dit bindend advies is gegeven door mr. F.M.Visser als bindend adviseur en mondeling uitgespro­ken te Den Haag op 6 juni 2017.

Deze schriftelijke uitwerking van het bindend advies is ondertekend door mr. Frank Visser als bindend adviseur en mr. S. Terstegge als secretaris op 12 juni 2017.

Mr. S. Terstegge                                                                         Mr. F.M. Visser